Vlammiefesteren

Al enige tijd hetzelfde ritueel. Ze legt twee aanmaakblokjes in de houtkachel en steekt ze aan. Daarna de kleine brandhoutjes erop, beetje schuin opstapelen met ruimte ertussen. Deur dicht en dan het deurtje onderin van de asla (as-la) even helemaal openzetten. De lucht van onderen zet alles meteen in vuur en vlam. Genietmomentje. Nu is het moment van houtblokken toevoegen aangebroken. Deurtje van de asla weer dicht. De eerste houtblokken toevoegen gaat met beleid, niet domweg erop gooien, maar wederom zorgen voor ruimte en lucht. Daarna het deurtje van de asla weer open. Het geluid en het zicht van de houtblokken die ineens intens vlam vatten zijn genietmoment plus+

Zo blijft ze een tijdje in kleermakerszit voor de kachel zitten. Af en toe deurtje open, deurtje dicht. Beetje poken met de pook, houtblokje erbij, beetje herverdelen totdat de boel echt goed aan het branden is. Wachten tot de onderste laag echt aan het gloeien komt. Vanaf dan is het stadium van steeds nieuwe houtblokken toevoegen bereikt, zonder deurtje open, deurtje dicht. Het moment dat de kachel echt aan is. Het kijken naar de vlammen en de hitte zo dichtbij voelen heeft een kalmerend en enigszins hypnotiserend effect op haar. De warmte omarmt haar in deze tijd van kou, de vlammen zijn de prikkels die ze wél goed kan verdragen.

Toen ze inmiddels meer dan 25 jaar geleden bezig was met de bouwplannen voor het nieuwe huis waren er zoveel wensen. Maar één ervan zag ze steeds voor zich vanuit het huurhuis met de oerlelijke vloer van kurk destijds. Dan zat ze dromerig te denken over ‘het eigen huis’ en dat ze dan samen met Manlief in de kamer zou zitten voor een houtkachel. Idioot misschien, maar destijds was dat zo’n ultiem ding in haar hoofd over hoe ze dat voor zich zag qua hoogste vorm van gezelligheid.

Bij de bouwplannen was een schoorsteen een vereiste en het kacheltje kwam er. Ach, het lieve Jotul-kacheltje. Het is echt waar gebleken, Jotuldebotel heeft haar in koude tijden zoveel warmte en gezelligheid geboden in de afgelopen 25 jaar.

Daarnaast was er de wens voor een eikenhouten vloer, een tuin vol bloemen en een boom en de wens om ooit kinderen te mogen krijgen. Allemaal gelukt. Haar leven is af. De rest van de goede dingen van het leven is en was allemaal een bonus en alles wat er nog bijkomt.

Terwijl ze daar soort van zen-achtig zit te zijn voor de Jotul, dringen toch meerdere gedachten haar brein binnen. Dat ze nu aan gratis mindfulness doet bijvoorbeeld. Lekker meegenomen. Of dat van stiekem een pyromaan zijn, want oeh, ze vindt vuur maar al te leuk. Zou het?

Ze manifesteert zich te pletter voor dat vuur, want ze heeft begrepen dat deze term tegenwoordig het woord is voor ‘iets doen’ en dé weg is naar een zorgeloos leven. Alhoewel ze nog steeds niet goed begrijpt wát je daarvoor dan moet doen, naast peperdure kwakzalverige cursussen. Dezelfde flauwekul waarschijnlijk als een weekendje stilte retraite met een groep mensen om je heen. Contradictio in terminis. Ze zou haar geld dan liever uitgeven aan het huren van een huisje ergens diep in een bos. Helemaal in haar eentje alleen. Waar niemand je met woorden uitlegt hoe stilte werkt.

Ergens heeft ze het gevoel dat ze goed bezig is met haar eigen vlammiefesteren voor de kachel. Is ze toch nog een beetje hip op haar 55e.

Tijdens de momenten van vuur en vlam zijn er ook gedachten die vooral met het geweten en keuzes te maken hebben. Schaamte bijvoorbeeld, want houtstook is natuurlijk totaal niet wenselijk voor het milieu en de buren. Zij, die altijd de mond vol heeft wat milieu, klimaat en biodiversiteit betreft. Ze probeert dit voor zichzelf nog een beetje te vergoeilijken door het feit dat ze deze winter een keer niet naar het huisje op Fuerteventura is gevlogen en thuis is gebleven. Omdat er al gevlogen was naar Corsica afgelopen jaar en twee keer vliegen in een jaar voor plezier was voor haar een no go.

En het excuus dat ze al jaren niet meer autorijdt en alles per fiets of het ov doet. Plus het feit dat de auto die er inmiddels is elektrisch is (lease ‘van de zaak’ uiteraard, privé zou dat te duur zijn). Plus de zonnepanelen op het dak. Plus het nieuwe afdak dat Manlief heeft gemaakt afgelopen zomer, met hulp van Henny de klusjesman, waarop nog meer zonnepanelen gaan komen binnenkort.

Daarnaast hebben ze het platte dak van de schuur vernieuwd en daar komen óók nog zonnepanelen op. Dat overigens blijkt te lekken nu, constateerde Manlief, dus Henny moet weer langskomen. Over klusjesman Henny – Henny Bretelly – vormt zich daar voor de Jotul weer een nieuw verhaal in haar hoofd. Die man, dat type, daar is veel leuks over te zeggen.

Daar zittend voor de kachel is er heus ook zelfreflectie. Ze realiseert zich dat ze al heel lang niet meer waardevol is voor de maatschappij. Maar ze heeft inmiddels allang het stadium bereikt dat ze zich niet meer verontschuldigt voor het feit dat ze chronisch ziek is. Belachelijk dat ze dat ooit wel heeft gedaan beseft ze nu. Alsof het een keuze was.

Een ander excuus/compensatie voor de winterse houtstook is dat ze het hele jaar rond nogal bezig en begaan is met de biodiversiteit in haar tuin. Veel bloemen, bomen, hagen en gras. Geen keurig aangeharkt tuintje, maar een tuin vol blad in de winter, zodat de insecten kunnen overleven. Het werpt zijn vruchten af.

Dit weekend was de nationale tuinvogeltelling en zat ze net als anders even buiten onder een dekentje op de veranda om te genieten van alle vogels die haar tuin bezochten in deze koude tijden, want ze voorziet ze altijd van voer. Vogelpindakaas, dat is echt de favoriet van álle vogels. Strooivoer in de silo voor de huismussen, er leeft een kolonie hier in de achtertuin met minstens 40 gezinsleden. Pindanetjes voor de mezen, die over een tijdje weer gaan broeden in de nestkasten rondom het huis. Ze verwarmt de vogelbadjes bij vorst, zodat de vogels kunnen drinken. Er zijn dagelijks ook merels, vlaamse gaaien en bonte spechten die dankbaar gebruik maken van het voedsel. De collateral damage van kauwen en eksters dwingen haar vaak tot stupide bewegingen om hen weg te jagen. Vandaag zag ze weer het badderen van de merel en de mussen in het vogelbadje. De badderende merel jaagde de mussen weg, maar toen hij vertrok was het hammantijd voor de mussen. Gezellig met z’n tienen badderen en fladderen in het water. Een vogelvriendelijke tuin geeft haar elke dag zo veel voldoening.

In haar half uurtje van de tuinvogeltelling waren er 7 mussen, 2 koolmezen, een ekster en een roodborstje. Ze houdt van roodborstjes, net als haar moeder. En haar moeders vader ook, opa Louie, die alles van vogels wist. Ondergetekende zat als kind vaak bij hem op schoot om vogeltjes te kijken en hij vertelde daar dan over. Ze hing dan aan zijn lippen. Sindsdien heeft ze wel een soort van band met roodborstjes. Het gezegde is ook: ‘When robins appear, loved ones are near’

Daar voor de kachel omarmt de warmte haar, maar gedachtenloos is ze nog steeds niet. Dat is ook niet erg. Herinneringen komen op. De kerstdagen waren fijn met iedereen die ze lief had, maar tevens erg vermoeiend. Overprikkeling is a bitch. Na jaren van vertoeven in rust tijdens oud en nieuw op de Canaries viel het in Nederland zijn tijdens de jaarwisseling best zwaar. Ze liep al dagen daarvoor met een Peltor Cap op en vanaf 24.00 was het hel plus. Het lawaai van het vuurwerk hield maar niet op, het drong zelfs de geluidswerende cap binnen. Geen mogelijkheid tot vluchten, het was ziekmakend. Ze kon alleen maar huilen en kon niet meer stoppen. Zo is ze huilend het nieuwe jaar begonnen, terwijl de meeste mensen aan het feesten, knallen en proosten waren.

Haar goede voornemens voor het nieuwe jaar? Ervoor zorgen dat alle gekmakende prikkels zo min mogelijk invloed op haar hebben en dat betekent isolatie, weinig sociale contacten en afspraken. Niet gezellig, maar ‘gezellig’ heeft al bijna 22 jaar zo’n andere betekenis voor haar dan het algemene beeld daarvan. En vlammen wanneer het haar uitkomt.

Zoals dit moment nu voor de kachel. Ultieme gezelligheid.

Het is niet voor niets dat ze ooit de beslissing nam om rondom de jaarwisseling weg te zijn uit Nederland, weg van al dat gekmakende lawaai. Ze denkt aan vorig jaar, en al die jaren ervoor, toen ze op Fuerteventura was tijdens oud en nieuw. In het inmiddels tweede ‘thuis’ in the middle of nowhere. Waar Manlief en zij elkaar omhelsden om 12 uur en toostten op een nieuw, gelukkig en gezond jaar voor onszelf en de kinderen en heel in de verte iets van siervuurwerk zagen. Geen lawaai, geen geknal. De jaarwisseling doorbrengen op deze manier bevalt haar toch beter.

Na vier jaar allebei covid-vrij te zijn geweest (how is het mogelijk), testte Manlief vandaag positief op corona. Manlief ziek, dat komt niet vaak voor. Hij is echt al een paar dagen belabberd. Zo sneu. Ze heeft hem nog plat op de bek gekust afgelopen weekend, oei. Misschien is de extra boosterprik die ze afgelopen november nam toch zinvol gebleken, want ze heeft zelf geen klachten.

Haar oude en stijve lijf dwingen haar om uit die kleermakerspositie voor de kachel te komen en op te staan. Er moet eten gemaakt worden en naast vuurtjes stoken is dat ook een van haar favoriete dingen.

Deurtje dicht.

Feestpoepers en zekerheden

Een journaliste die het dagelijkse (kantoor)leven via columns vaak hilarisch en herkenbaar beschrijft, vroeg aan haar volgers wat hun grootste ergernissen in een supermarkt zijn. De reacties neemt ze dan mee in haar aankomende column over een onderwerp. Dit keer dus supermarktergernissen. Er kwamen veel reacties voorbij, ik herkende mij in vele ergernissen. Persoonlijk vond ik de reactie “Bij zelfscankassa’s worden nazi’s geboren” een van de leukste.

En tussen al die reacties van heerlijke herkenbare onbenulligheden en ergernissen, is er altijd iemand die dan reageert met ‘Vertel de vaders en moeders in Gaza (Israël, Oekraïne, Jemen, enzovoort) over jouw luxeprobleem’.

Ah, het viel te verwachten, daar is ie weer: de partypooper.

De feestpoeper die het leven heel erg serieus neemt, maar eigenlijk vooral zichzelf en dat moet iedereen weten. Hij laat geen kans onbenut om met zijn vingertje te wijzen en te zwaaien. Die aanneemt dat mensen, zelfs journalisten, die zoiets ‘onbenulligs’ schrijven niet op de hoogte zijn van een wereld met oorlog, armoede, geweld, conflicten, kansongelijkheid, schending van mensenrechten en wat dies meer zij. Ik durf te wedden dat de feestpoeper in kwestie zelf het irritante type is die altijd in de weg loopt in een supermarkt en tevens iedereen om zich heen beschuldigt van wangedrag.

De pooper schaamt zich een beetje dat ie überhaupt in een supermarkt is. Het liefst zou hij zelfvoorzienend willen zijn, maar dat kost teveel moeite en daar heeft hij ook eigenlijk geen verstand van, hoe je dat moet bewerkstelligen. Hij heeft vooral meer verstand van hoe een ander het moet doen en hoe een ander hem het minst irriteert. Aan irritaties geen gebrek, aan oplossingen en acties des te meer.

De feestpoeper lacht zelden. Want zijn schouders hebben inmiddels de grootte van de landingsbanen van Schiphol, Abu Dhabi en Heathrow tezamen. Daar rust heel veel leed en machteloosheid op.

De partypooper vindt dat je nergens om mag lachen. Wist ie maar dat lachen nodig is om alles te relativeren, nodig om te overleven. Een slachtoffer uit een oorlogsgebied zal het worst wezen of we hier in Nederland nog gewoon kunnen lachen. Een mens die in een oorlogsgebied woont heeft wel andere zaken aan zijn/haar hoofd. Maar die snakken ook naar weer eens lachen en onzinnige ergernissen, zoals ze dat ooit ook zelf ervaarden.

De partypooper is de hele dag bezig met alle ellende in de wereld. Hij geniet nergens meer van, want je mag nergens meer van genieten omdat anderen het altijd slechter dan jou hebben. Hij eet ook geen pizza meer, want veel te lekker en dat is niet solidair met alle armoedigen in de wereld. De feestpoeper is het type ouder die dreigt met ‘die kindjes in Afrika’ als hun kroost niet wil eten. Alsof hun kleuter weet waar Afrika ligt en wat daar het probleem is. Alsof het kind in kwestie zelf bepaald heeft om in Nederland geboren te worden. Met broccoli op een vork. Pure kindermishandeling. Je ziet ze snakken naar een droog stuk geitenvlees uit Ethiopïe.

Ik blijf vooral lachen om heel veel heerlijke onbenullige dingen. Neemt niet weg dat ik de ellende in de wereld niet serieus neem. Ik onderteken bijna iedere dag wel een petitie namens Amnesty International, ik ben donateur en dan vliegen de oproepen je om de oren. Soms zucht ik wel eens en denk ik, nu even niet, al die sores en shit in de wereld. Ik wil het niet weten, laat me. Er is gewoon teveel shit in de wereld. Maar het kost werkelijk maar 2 minuten om zo’n petitie te ondertekenen en ik weet dat het verschil maakt, ik heb de resultaten gezien. Dus doe ik het toch. Toevallig vanavond weer voor twee minderjarigen(!) in Saudi Arabïe die vreedzaam demonstreerden, opgesloten werden, geen advocaat hebben en veroordeeld zijn tot de doodstraf. Gewoon twee jonge mensen doden.

Ik vraag me dan ook af wie die persoon is die dat dan ook daadwerkelijk uitvoert. Twee jonge mensen vermoorden om niets. Wie kan dat, hoe ongevoelig moet je zijn om die handeling uit te voeren? Is dat een partypooper? Natuurlijk niet. Het zijn mensen die totaal vervreemd zijn geraakt van alles wat menselijk is.

Het zijn schrijnende verhalen van mensen die onterecht vastzitten ergens in de wereld, omdat ze vreedzaam hebben geprotesteerd of hun mening verkondigden. In Nederland kan dat, een grote bek hebben, de volgende dag ga je gewoon weer naar de supermarkt om je lekker te ergeren. Ik hoef niemand om mij heen die zegt dat ik een luxe leven heb, dat weet ik zelf ook wel.

Wat mij laatst ontroerde is de vraag van mijn moeder of ik een vredesvlag voor haar kon bestellen. Ze weet zelf niet goed hoe dat moet, online iets bestellen. Zij weet net als ieder van ons ook niet goed hoe we in vredesnaam het bloedvergieten op deze aardbol kunnen stoppen. Ze appte mij het resultaat

Ach mijn moedertje met het grote hart en haar blauwe autootje op het oprit, mijn ouderlijk huis. Het is een symbool en het helpt concreet misschien niets, maar het is alles van liefde.

Dat ik in de gelegenheid ben om me druk te maken om onbenulligheden vind ik een groot goed in deze tijd van conflicten. Heerlijk zelfs. Ik lach me dood om medelanders die Nederland een dictatuur vinden. Zoek je geluk in Noord-Korea, Rusland 0f Oeganda in een fijn Vinex wijkje met een Appie om de hoek daar met frikandellen. Succes.

Niets staat vast in het leven, behalve geboren worden en doodgaan, maar er zijn een paar feiten die altijd overeind blijven. En dat is toch fijn, iets van zekerheid. Een luchtige houvast. Heerlijke onbenulligheden. Dat hebben we allemaal nodig als de rest van de wereld in brand staat en wij hier gewoon nog steeds lekker kunnen klagen over de huizenprijzen en de slechte koffie van Starbucks.

En op 22 november mogen we allemaal weer naar de stembus om onze meningen, ergernissen en wensen voor ons eigen welzijn en dat van anderen, middels het inkleuren van een blokje met een rood potlood weer uit te spreken. Dat kan gewoon, dat is een recht. Dat is leven in een democratie. Nu nog even ontdekken welke partij zich sterk maakt voor supermarktergernissen.

Ik ben er zelf inmiddels uit op welke partij ik ga stemmen en op wie. Ik lees vooral partijprogramma’s en heb vele stemwijzers ingevuld en daar komen altijd dezelfde partijen bovenaan te staan. Ik ben ongevoelig voor die hele poppenkast van debatten nu op tv.

En hey, ondanks alle ellende in de wereld zijn er altijd fijne onbenullige zekerheden, een houvast waar we ons aan vast kunnen klampen als we het allemaal even niet meer weten:

-Brad Pitt wordt nooit ouder, net als David Beckham.

-Iedereen houdt van Netflix en Oogappels

-Een boterham valt altijd met het beleg naar beneden op de grond

-Een half uur lang komt er geen verkeer voorbij, maar als je je oprit verlaat komt er altijd wel iets van verkeer net op dat moment

-Keith Richards heeft zich ooit levend laten mummificeren en wordt minimaal 180 jaar

-De ANWB zal nooit verdwijnen

-Nederlanders zullen altijd blijven fietsen

-In supermarkten zullen er altijd pepernoten en chocoladeletters vanaf september beschikbaar zijn en paaseitjes vanaf februari. En mensen die altijd in de weg lopen.

-Bij Intratuin begint kerst in september

-Je opent altijd een medicijdoosje aan de kant van de bijsluiter

-Er zit altijd een zwarte sok in de witte was

-Er zit altijd een witte sok in de bonte was

-De meeste mensen vinden voetbal het leukste spel

-Plastic voorwerpen in de vaatwasser drogen niet

-Clowns zijn niet grappig en nooit geweest

-Niemand vertrouwt mensen die altijd positief zijn

-Homeopathie is kwakzalverij

-Koriander is vies. Net als laurierdrop, Bebogeen, kokosbrood en Campari

-De kerstboom optuigen vinden we leuk

-De familie Hazes krijgt teveel aandacht

-Mensen houden van licht en lichtjes

-Iedereen heeft een favoriet liedje, maar vaak meerdere favoriete liedjes

-Mensen houden van lijstjes. Het geeft houvast en een gevoel van identiteit. Daarom houden we allemaal van de Top2000 en andere lijstjes

-Mensen die zeggen dat ze van ‘lekker eten’ houden zijn af. Ja joh, de rest van de mensheid houdt van vies eten. Zo knabbel ik zelf graag op een verkalkte teennagel en maak ik ovenschotels met het verzamelde oorsmeer van huisgenoten op een bedje van het overtollige haar van de hond.

-Koot en Bie waren het beste duo ooit

-Home is where the heart is

-Onkruid vergaat niet

-Bladblazers zijn de meest stompzinnige en overbodige apparaten

-In de herfst vallen de blaadjes

-In het voorjaar groeien de nieuwe blaadjes weer die in de herfst weer afvallen

-Je kunt bladblazen tot je een ons weegt, maar je kunt je tijd beter besteden met het in de weg lopen van anderen in een supermarkt. Zelfde ergernis, beter voor het klimaat.

-Op hakken lopen doe je alleen voor de buitenwereld, niet voor je eigen plezier

-Als je het bloedverlies van alle vrouwen op aarde – vanaf de puberteit tot de overgang (elke maand) – in een grafiek zou kunnen weergeven, denk: de Atlantische en Indische Oceaan

-Iedere tekst die begint met ‘roses are red’ en dan zo’n heel riedeltje met ander gezwam valt in de categorie irritant gezwets

Ga stemmen 22 november, knijp je handen dicht dat je dat recht hebt, omdat je hier in Nederland woont. En blijf vooral lachen. Ik kan geen mooier voorbeeld geven van een feestpoeper zoals Wim de Bie dit hier vertolkt.

Oud, jong, het leven

Hoe gaat het met jullie, lieve lezers van mijn bloghoekie hier? Moet bekennen dat ik vaak niet alles meer volg op de socials, neemt niet weg dat ik heus nog wel geïnteresseerd ben ik jullie welzijn. Uiteraard zijn de volgers van mijn blog mij dierbaar. Het zijn toch de mensen die ooit een bewuste keuze hebben gemaakt om mijn schrijfsels te volgen en andersom.

Gelukkig is er tegenwoordig Whatsapp en zie/spreek ik soms mensen in het echt nog wel, al is dat minimaal. Eigen keuze, niet geheel vrijwillig, maar noodzakelijk. Het is jammer dat mijn hersens een sociaal leven niet meer goed aankunnen. Ik faal echt op het gebied van vriendschappen onderhouden. Mea Culpa. Ligt niet aan jullie.

De tijd staat niet stil. Ben vorig jaar november weer een jaar ouder geworden en over twee weken nog weer een keer. Damn, ik kan het allemaal niet meer bijhouden in een blog hoor, alles gaat zo snel. Het leven.

Als je jonge mensen zou mogen laten kiezen welke leeftijd ze zouden willen hebben, dan zou niemand van hen 54 kiezen. Binnenkort word ik dus 55. Vind ik leuker dan 54, want mijn OCS-brein houdt van ronde getallen. Zelf zou ik ook nog wel enigszins jeugdig en rond de 30 willen zijn. Maar dat was ook de tijd van jonge kinderen en oh zo blij met hen, maar dat was druk plus. Soms mis ik die tijd van de jonge meisjes nog wel eens, met het voorlezen elke avond in pyjama met heerlijk ruikende natte haartjes en de slaapliedjes. En ondanks de drukte, wél meer energie.

Oudste en Jongste zijn inmidels allebei jongvolwassen vrouwen van 23 en 27 jaar, met een vriendlief aan hun zijde. Ons gezin is uitgebreid met twee schoonzonen en ik geniet van deze fase. Jongvolwassenen die hun eigen leven leiden. Ik kan me als moeder meer terugtrekken in zorgen (voor). Ze hebben nu hun eigen verantwoordelijkheden en handelen daar ook naar. Ze zijn allebei gelukkig in de liefde en dat doet een mens goed, merk je aan alles. Ze kunnen terugvallen op een partner aan hun zijde, ook jong en meer in hun eigen belevingswereld. Maar ze kunnen te allen tijde natuurlijk terugvallen op ons oude ouders. Blije ouders momenteel, die zien hoe de dochters hun eigen draai/leven hebben gevonden, uitvinden, bezig zijn met uitvliegen (Jongste) en al geruime tijd uitgevlogen zijn (Oudste).

Ach jong zijn, het voelde destijds alsof dat een permanente gemoedstoestand was en oneindig zou voortduren. Iemand van boven de 50? Dat was echt toekomst en behoorde tot de categorie ouwe meuk. Ik heb in mijn jonge jaren ouders en schoonouders 50 zien worden. Dat voelde als iets dat nog heel lang voor me lag destijds, eindeloos ver. En ineens ben je in een poep en een scheet ook ineens die oudere ouder. Geloof het of niet jongelui, maar ik ben ook ooit als baby begonnen.

Ik vind 55 eigenlijk minder erg dan ik dacht dat het was toen ik nog jong was. Jong is een subjectieve term. Is dat iedereen onder de 30 jaar? Voor een 80-jarige is 60 ook best jong. Tegenwoordig zijn 60 en 70-jarigen meestal ook nog eens vrij vitaal en jong van geest vergeleken met vroeger. Om mij heen worden vrienden, zwagers en schoonzussen inmiddels 60 of zijn ze dat inmiddels al even. En de meesten van hen hebben meer energie dan ik hoor. Ik vraag me weleens af hoe ik zonder MS deze leeftijd zou hebben ervaren, wat ik dan nog allemaal kon. Ik denk dat ik me dan nog best wel een jonkie zou hebben gevoeld.

Dat je op deze leeftijd veel meer schijt hebt aan dingen vind ik een grote pre. Dat zou ik mijn jongere zelf van ooit wel toewensen, dat gevoel. Jong zijn is fijn, maar komt met veel meer geploeter. Vooral dat van ‘anderen’ en de druk van presteren. Zo blij dat ik daar vanaf ben. Ach, het leven.

Goed nieuws op het MS-front, ik had afgelopen voorjaar mijn jaarlijkse MRI van mijn gekke MS-vlekkenhoofd, maar dit keer ook MRI van de wervelkolom erbij. Nieuwe policy volgens neuro, want witte MS-vlekken (leasies) kunnen ook in ruggenmerg aanwezig zijn.

Daarna mijn jaarlijkse consult met de neuroloog voor de uitslagen gehad. En het was op bijna alle fronten goed nieuws. Geen nieuwe leasies erbij in de hersenen, geen leasies in het ruggenmerg. Wel was er behoorlijke slijtage te zien bovenin de wervelkolom, wat mogelijk mijn nek-en schouderpijn verklaart. Dat is wel een dingetje, die pijn elke dag in schouders en nek, behoorlijk vermoeiend. Het straalt inmiddels ook uit naar de armen. Douchen is pijnlijk, als ik mijn haar moet wassen met de armen omhoog. Tuinieren, wat ik het liefste doe, is eigenlijk ook te zwaar geworden. Ik vind het moeilijk te accepteren dat ik het vaak moet opgeven na een half uur. Terwijl ik voorheen uren achtereen in de tuin bezig kon zijn. En dat is natuurlijk niet alleen MS, maar zeker ook ouderdom. Ja joh, oud worden is wel voelbaar.

Maar ik ben blij wat MS betreft, wederom een goede uitslag. Deze medicatie die ik sinds een paar jaar al gebruik heeft echt de Schubs verbannen. Ik dank de wetenschappers die dit medicijn ontwikkeld hebben. Neuro zei het ook nog:”Ik hoor zoveel positieve verhalen van mensen die deze medicatie gebruiken, in verbetering”. Dat ik in een land leef met dit soort gezondheidszorg en onderzoek, anderen die mij monitoren, terwijl ik soms zelf nogal weg vlucht voor artsen om ze niet te belasten. Zij roepen mij altijd op het matje. Ik herinner me nog zeer de tijd dat de Schubs en depressies mijn leven overnamen. Ik heb er hier in dit blog ook geregeld over geschreven. Dat was geen leven, maar overleven.

Nu nog even zien hoe ik met dat pijnlijke lijf om moet gaan. Momenteel ga ik af en toe naar iemand die enorm goed kan masseren, zij pakt dat grondig aan. Daarnaast bezoek ik een kaak-fysiotherapeut (ik ben een kakenklemmer en dat doet geen goed voor het nekgebied) en ben ik via haar weer begonnen met Dry Needling bij een collega om al die knopen in schouder- en nekgebied weer soepel te maken. Afspraken, afspraken, vermoeiend. Het is altijd een afweging: of een afspraak opweegt ten aanzien van het resultaat.

Mijn stemming is al een tijd niet echt halleluja, maar daar heb ik mijn chemische vrolijkmakende pillen voor. Niet alles helpt, het is natuurlijk symptoombestrijding, maar het houdt me overeind voor nu en dat telt.

Ik vind mijn mensen inmiddels wel en dat zijn, afgezien van mijn neuroloog die ik het meest vertrouw, zeker niet altijd de standaard artsen. In het alternatieve circuit heb ik alle kwakzalvers al lang geleden uit mijn leven verbannen: homeopathen en andere zwevers die veel geld aan mij hebben verdiend vanwege mijn wanhoop destijds. Het hielp geen zak, uiteraard. Ik ben te nuchter voor de illusie van genezing en ben gelukkig gezegend met een sterke intuïtie voor mensen die wel of niet deugen. Het heeft me nog nooit in de steek gelaten, mijn intuïtie. In 99% van de gevallen ben ik altijd bevestigd. Vraag maar aan Manlief, die schakelde mij vaak in bij twijfel over de oprechtheid van collega’s. Het klinkt als borstklopperij en zo bedoel ik het niet, ik ben gewoon extreem gevoelig voor mensen die wel of niet deugen. Ik weet niet eens of dat een zegen of een last is.

Dat klinkt bitchy en dat is ook een kant van mij. Ik kan een enorme bitch zijn. Ik heb een sterke radar voor mensen die manipuleren, oneerlijk zijn en er een dubbele agenda op nahouden. Of mensen die passief agressief zijn. Types die een ruimte kunnen vullen met hun verongelijktheid, ze vreten de ruimte op met zo’n chagrijnige vibe. Kleuters. En te laf zijn om uit te spreken waardoor ze gefrustreerd zijn. Mensen met aannames, zonder te vragen waarom je de dingen doet zoals je doet. Of eerst meegaand bleken, maar dat het voor henzelf toch moeilijk te verteren is dat ik heel vaak afhaak. En ik snáp het wel, echt. Misschien zou ik zelf ook zo’n persoon zijn als ik met iemand zoals ik moest omgaan.

Maar gelukkig heb ik inmiddels minder wanhoop en meer gezond verstand gekregen. Zelfs met hersenkrimp als vijftigplusser. En enorm veel meer schijt aan dingen gekregen. Ik ben niet meer bezig met wat mensen van mij vinden. Ik heb geen zin meer om steeds uit te leggen waarom ik de dingen doe zoals ik ze doe. Dierbaren weten dat inmiddels en dat is genoeg. Ik heb lage verwachtingen naar anderen, want iedereen heeft zijn of haar eigen shit.

Wederom het geluk met een zeer empathische neuroloog die zelfs vraagt naar mijn kinderen. Deelgenoot is van het landelijke MS-team. Jong en gedreven, op de hoogte van alle ontwikkelingen. Transparant in alles, nooit boven de patient staan, maar met de patient communiceren in begrijpelijke taal. Die weet dat ik wandel, die weet dat ik vorig jaar meedeed aan The May50K en wat dat opgebracht heeft voor MS-onderzoek. En weet heeft van mijn bioritme, dat ik na het avondeten slaap en schrijf in nachtelijke prikkelarme uren. Blijkbaar vond ze dat interessant. Ik wist niet eens meer dat ik dat verteld had vorig jaar. Ze vroeg:

Schrijf je nog steeds? Waar schrijf je dan over? “

“Nou, ik ben jaren geleden begonnen met een blog. Over van alles eigenlijk”

“Is dat professioneel?”

“Nee, haha, absoluut niet. Ben wel ooit met dat blog begonnen om een manier te vinden om met MS om te gaan, erover schrijven hielp/helpt mij. Ik vind schrijven fijner dan praten”

“Wat goed van je, het van je af schrijven”

“Maar ik schrijf niet altijd over MS hoor, ik ben heus wel meer dan alleen maar MS”

Ze glimlachte lief. Daarna nog even de lichamelijke testen, vinger op de neus enzo, met de hamer en trilapparaat voor reflexen en de loop-en evenwichtstesten. Waarbij ik altijd faal op de linkerkant. Kan prima alleen op het rechterbeen staan, maar alleen op het linkerbeen is altijd gestuntel. Links is lichamelijk gezien mijn zwakste schakel. Altijd al zo geweest in pijn en alles. Neuro weet dat ook. Behalve in mijn politieke voorkeur. Dat is wel komisch.

Maar hey, als ik het loodje niet leg de komende twee weken, ga ik de leeftijd van 55 bereiken dat is iets om vooral blij mee te zijn. Mijn biologische vader was 31 toen hij overleed aan kanker. Ik was toen drie maanden jong, als foetus in de buik van mijn moeder. Ik wist toen nog niets van daglicht, laat staan kanker. Naarmate ik ouder word, realiseer ik me des te meer hoe jong mijn vader eigenlijk was toen hij stierf en hoe kort hij van het leven heeft mogen genieten.

Hier een foto van een paar jaar geleden, toen tante Riek uit Australië Nederland weer bezocht. De oudste van het gezin met 9 kinderen. Haar zus Willie (mijn schoonmoeder) rechtsonder in beeld. De jongste van het gezin, ze schelen 20 jaar. Mijn schoonmoeder is laatst 85 geworden. Samen met onze meiden op de foto hier achterthuis. Tante Riek leeft nog en is inmiddels 105 jaar oud. Niet te geloven toch? Ze vindt het zelf niet echt leuk meer, het leven. Maar dat kan dus ook, té lang leven.

Het leven is een raar concept. Jong doodgaan is niet de bedoeling, maar heel erg oud worden is ook niet per se heel wenselijk.

Toen ik 18 was vond ik iemand van 31 erg oud. Ik herinner me nog dat 23-jarige Manlief en 18-jarige ik samen gingen wonen op een studentenkamer in Zwolle in 1987. Ik voor studie, hij had dienstplicht. Dat bestond toen nog. We hadden goed contact met onze kunstzinnige buurman Jan op dezelfde etage, die altijd op blote voeten liep. Dat vond ik vies, want eigenlijk alles was daar vies, vooral de vloer. Maar zijn schilderijen waren echt zo mooi, zoveel talent. We aten geregeld samen. Jan was 31 (je verzint het niet) en woonde dus nog in een studentenhuis. Achteraf gezien best wel sneu, maar dat realiseerde ik me toen niet en hij vond het blijkbaar zelf wel prima. Hij was onze enige ‘oudere vriend’ destijds. Op een van zijn feestjes at ik voor het eerst Roquefort, die sensatie weet ik nog, maar dat terzijde.

Nu ik bijna 55 ben, is 31 jaar bijna de leeftijd die mijn kinderen en aanhang over een paar jaar gaan bereiken. Schoonzoon wordt volgend jaar 30. Sommige vrienden zijn inmiddels opa en oma geworden.

Het leven is kort, of lijkt het kort omdat de tijd soms zo snel lijkt te gaan? Uitzonderingen daargelaten: de rij bij de kassa, een digitale update, een video die moet laden, Schiphol of in de file staan. Hoe dan ook, de 40 als leeftijd niet bereiken is wel erg kort. Zoals mijn biologische vader. Ik tel mijn zegeningen bij elk jaar dat ik nog leef. Het is geen vanzelfsprekenheid. Het leven kan genadeloos zijn. Ik hoef niet meer jong te zijn, ik heb alles in mijn jonge leven wel gedaan en ontdekt toen het allemaal nog kon. Waardoor ik nu redelijk vrede heb met deze fase van echt ouder worden. Al zijn de fysieke/hormonale/mentale strubbelingen rondom de overgang niet echt leuk geweest in combinatie met MS de afgelopen jaren.

Maar ik heb geen kanker, ALS, migraine of long covid. Ik heb heel veel van die vreselijke dingen níet. Ik heb geen corona gehad, zelfs niet met een doodzieke covid-dochter in huis. Ik leef nog en daar ben ik blij om. Nu wel weer. Dat is ooit anders geweest. Dankzij medicatie en hulp van buitenaf en mijn geweldige gezin. Mijn liefde voor Manlief is groter dan ooit, volgend jaar zijn we 40 jaar samen. Liefde van mijn leven. Dochters zijn allebei gelukkig. Ik kan elke dag knuffelen met een hond die enorm van knuffelen houdt. Ik bof enorm.

Ik doe niet meer aan kringverjaardagen, trek ik niet meer en heb ik al lange tijd geleden afgeschaft. Ook die van anderen. Het gepraat van iedereen, door elkaar heen, niet te doen, totaal overprikkeld dan. Intimi weten dat, soms krijg ik nog wel een uitnodiging voor de vorm, maar ze weten toch wel dat ik niet kom. Dat vind ik wel heel lief, mensen die je tóch uitnodigen. Soms vind ik het wel naar dat Manlief, die gezond is, over een kam wordt geschoren met mij. Niet dat Manlief zit te wachten op kringverjaardagen, hij heeft daar net zoveel aversie tegen als ik. Maar gewoon, hij wordt meegesleurd in mijn disfunctioneren.

Maar de meningen en intenties van anderen doen er voor ons als gezin totaal niet meer toe na zoveel jaar van geploeter op allerlei gebied. We zijn heel dicht bij elkaar gekomen door alles wat een ieder van ons heeft meegemaakt. Door alles wat we samen hebben beleefd, heel veel goede momenten en diepe dalen. Door die basis van goede momenten hebben we samen de mindere momenten ook overleefd. En nog. Soms vraagt het opoffering, maar opoffering voor iemand die je tot in de kern van je zijn liefhebt, is geen opoffering. Dat is liefde waarbij je in staat bent jezelf opzij te zetten.

Tijdens momenten van een verjaardag met mijn eigen gezin merk ik dan hoezeer mijn geliefden mij kennen en hoe hartverwarmend het is dat ze daar moeite voor gedaan hebben. En dat sarcasme in ons gezin nogal aanwezig is. Dus dan krijg je deze kaarten. De leukste. Inderdaad, ik geef niets om gebak, doe mij maar kaas.

Ik hou van mijn liefsten die sarcasme boven zoet geveins prefereren. Terwijl we ook best heel lief met elkaar kunnen zijn en dat kunnen uitspreken, hoe lief we elkaar hebben. Het een sluit het ander niet uit. We zijn best wel open naar elkaar, soms zelfs emotioneel incontinent, met altijd dat tintje van humor en nuchterheid. En als het er op aankomt weten wanneer er hulp van buitenaf nodig is. Sarcasme betekent niet dat je iemand niet serieus neemt, we zien gelijk als er iemand van ons ploetert en dat wordt altijd serieus genomen.

Ok, 55. Oud dus

En ja, soms verlang ik nog wel eens naar dat onbezorgde van toen. Toen ik nog jong was. Die energie, die drive. Toen ik nog kon werken en autorijden. Feestjes vieren als diegene die altijd het licht uitdeed. En zelfs na de MS-diagnose in staat was om nog heel veel te pieken wanneer het maar kon. Ontieglijk veel concerten met Manlief en vrienden beleefd. Muziek heeft ons vanaf het begin van onze relatie in 1984 verbonden en nog. Reizen in het binnenland en buitenland voor zoveel concerten. Geweldige herinneringen, ik koester ze zeer.

Ik heb het wél allemaal meegemaakt. Met drie campers in totaal heel veel gereisd en veel gezien. En al kan ik dat nu allemaal niet meer, ik geloof wel dat ik een leven heb geleid die best wel van extremen was toen het nog kon. Heb alles aangepakt, enorm veel genoten. En ach, je moet vakantie ook niet overschatten. Het blijft gedoe als je niet thuis bent. Ik las laatst dat 60% van de mensen in een relatie ruzie hebben met elkaar tijdens een vakantie. Geen idee hoe dat getal tot stand is gekomen, maar als het waar is, wtf? In al die vakanties met Manlief kan ik me maar één moment herinneren waarbij het een beetje venijnig werd, dat van samen in een kano op een wilde rivier. We kunnen er nu nog steeds om lachen: “Ik kan die peddel ook gewoon op je kop slaan hè? Dat je dat weet”.

Je kunt vakanties ook lekker beleven vanuit huis, heerlijk

Ik geloof dat de valkuil van mensen is dat de verwachtingen soms net iets te hoog zijn. Het moet allemaal leuk zijn, we ‘moeten’ alles ontdekken. We willen meedoen, er toe doen. Gehoord worden. Gezien worden. Ik maak me daar zelf allang niet meer druk om, maar ik heb wel te doen met de pubers en jongvolwassenen van nu. Zij zijn daar nog wel mee bezig en sociale media is fijn, maar geeft ook zo’n enorme druk. Ik ben zo blij dat ik als puber dit niet allemaal ook nog moest bijbenen. Ik benijd ze niet, de jongeren van nu.

Tegenwoordig ligt mijn behoefte bij rust en thuis zijn, waar alles aangepast is aan fijn zitten, fijn slapen en weinig prikkels. Het grootse was mooi, maar nu geniet ik vooral van al het kleine dat soms zo groots voelt.

Natuurlijk, het fysieke verval van 50+ is onmiskenbaar. Je takelt gewoon af. Je wordt fysiek ook oud. Lichaam, gezicht. En dat is nog duidelijker zichtbaar en voelbaar als je constant chronisch moe bent. En te maken krijgt met het fenomeen overgang. Hormonen en ik zijn nooit goede vriendinnen geweest.

Aan mijn vroegere ik zou ik willen vertellen dat zij zou moet denken zoals ik nu, haar oudere zelf. Meer onbevreesd, je eigen gevoel volgen en je minder laten leiden door het systeem en uiterlijk. En dat het niet erg is om oud te worden, en weten dat elk jaar dat je ouder wordt een bonus is.

Tevens hoort het ook bij de jeugd om juist in het hier en nu te leven en vooral niet bezig te zijn met ‘later’. Dat voelt nog zo ver weg en zo hoort dat ook. Alles op zijn tijd.

Vorig jaar werd ik op mijn eigen (rustige verjaardag) verwend met kado’s die heel persoonlijk waren. Ik zag deze vogelkooi een keer in de Wereldwinkel met Jongste en was zo enthousiast hierover. Ze herinnerde zich dat.

Oudste was met vriendlief in Madrid en ze belandden in een galerie waar ze dit werk van Bowie van een kunstenaar ontdekten. Limited edition. Ze kochten dit meteen. Heus niet goedkoop. Maar ze dachten aan mij, dat. Ik heb daar geen woorden voor, zo lief. Zo geweldig, dit aan de muur te hebben.

Van mijn lieve muziek- en Bowiemaatje R. kreeg ik dit geweldige boek. Het meest uitgebreide boek over vuurtorens met de mooiste verhalen en de schrijver heeft wereldwijd zelf de vuurtorens bezocht en de verhalen zijn zo mooi en beeldend beschreven, tot in detail. Ik lees het steeds en ontdek steeds meer. Ik heb zoveel ontdekt via R., in muziek. In vriendschap, in respect voor elkaar en elkaar altijd wat gunnen. Dat hij dit boek heeft weten te vinden en aan mij schonk zegt veel over hoe hij is. Dat hij weet hoe ik ben, dat hij de moeite heeft genomen. Geen verwachtingen in onze vriendschap, nooit turven. Maar altijd het fijne delen.

Mijn lieve vriendin K. gaf me kippetjes. Een goed doel. Van haar heb ik sowieso al veel gekregen, maar wij beiden geven elkaar liever iets in de trant van een goed doel. Haar verjaardag vorig jaar juni was het enige feestje dat ik sinds jaren heb bezocht. Daar ben ik nog steeds blij om, ondanks het overgeven daarna bij thuiskomst vanwege al die prikkels. Twee dagen daarna reisden zij, haar man en goede vriend met ALS af naar Alpe d’HuZes. Ze hebben het doel behaald. Mijn kado aan haar was een donatie voor ALS.

Lieve mensen, jong en oud, geniet in jouw eigen fase nu. Of geef jezelf rust als het even niet gaat. Neem de tijd om stil te staan als je dat nodig hebt. Maakt niet uit hoe lang. Je bent niemand iets verschuldigd, alleen jij weet wat je nodig hebt. En geniet van al het bruisen en ontdekken als je dat kunt, want je weet nooit of het ooit eindig is. Neem dat maar aan van deze vijftigplusser die ooit ook jong was.

Pride, in de neem of lof

Ga even schaamteloos het onderwerp Pride kapen nu, want juist in de Pride week vorige week is er persoonlijk ook veel trots ervaren hier thuis. Hier spreekt een trotse moeder van een dochter die geslaagd is voor havo. Hoe dat allemaal tot stand is gekomen, uit welk dal ze heeft moeten klimmen en welke weg ze hiervoor heeft moeten afleggen, is een verhaal dat intimi en volgers van mijn blogspace inmiddels wel weten.

Het is in de geest van Pride – wees jezelf, omarm wie je bent, heb lief op jouw manier – waardoor ik het onderwerp durf te kapen. Want ook een mens met autisme (Jongste) heeft vaak te maken met vooroordelen en aannames. En het leven in een maatschappij die heel vrij lijkt, maar waarin acceptatie van ‘anders’ toch nog veel te vaak onder druk ligt.

Jongvolwassenen hebben tegenwoordig vooral te maken met een toetscultuur en dat begint al als ze vier jaar jong zijn. Misschien moeten we kinderen iets meer spelen (speling) gunnen, hun eigen talenten meer laten ontplooien en wat minder de focus leggen op presteren. En de profielen in het voortgezet onderwijs afschaffen, echt.

Jongste had een autistische Burn-out op haar zeventiende. Dat was geen ziekteverzuim voor een paar weken. Daar waren jaren van herstel voor nodig om daar bovenop te komen. En vooral: het roer omgooien in aanpassen. Niet meer het altijd aanpassen aan de maatschappij en het systeem, maar zorgen dat je het binnen dat kader op jouw eigen manier kan doen. Het is een lange weg van therapie, passend onderwijs en zorgen voor welzijn geweest. Eerst herstellen, als mens, dan voorzichtig weer stap voor stap iets van school.

Ze heeft het, vrijwel zonder docenten, in haar eentje gedaan de afgelopen jaren via thuisonderwijs. Ze volgde de DUO-richtlijnen, zorgde voor de juiste boeken en maakte haar eigen planning voor een heel jaar. Daar was ze zeer gedisciplineerd in. Beetje bij beetje certificaten bij elkaar gesprokkeld via staatsexamens elk jaar. Daar mag je tien jaar over doen, maar ze heeft het gered in 4 jaar.

Twee of drie vakken per jaar, dat was het maximum voor haar qua belastbaarheid. Let wel, 1 vak betekende 4 en 5 havo in één jaar. In een reguliere schoolsetting met heel veel leerlingen, heel veel uren op een dag en verschillende docenten om haar heen elke dag zou het haar niet gelukt zijn.

Maar het is haar dus gelukt, op haar manier. Het Diploma. De blijdschap is enorm. De vlag hangt uit, er waren bloemen, taart en vreugdetranen (-> de emo-moeder). Alsmede ongelooflijk veel bewondering voor haar inzet en doorzettingsvermogen.

Vorige week had ze haar allerlaatste examens, de mondelinge examens. Bij staatsexamens is er altijd een schriftelijk én een mondeling examen (het college examen). Ook bij wiskunde en economie (gekkigheid). De schriftelijke examens zijn altijd conform het CSE, dus tegelijk met alle scholieren in mei op het zelfde tijdstip elk jaar. Toen in juni geslaagde scholieren de vlag uithingen, wist zij haar uitslag van haar schriftelijke examens van mei nog niet. Bij staatsexamens wordt dat pas bekend gemaakt na de mondelingen. Daar heeft ze dus tot augustus op moeten wachten.

Als laatste voltooing had ze haar mondeling filosofie (zij vindt dat een leuk vak en dat kon dus gewoon in haar profiel via thuisonderwijs). Alsmede de presentatie en beoordeling van het profielwerkstuk. Ze had voor haar pws een onderwerp gekozen (vak geschiedenis) waar zij zelf veel interesse in had. Ze is daar enorm ingedoken. Met Manlief heeft ze nog een expositie in het Sieboldhuis/Japanmuseum in Leiden bezocht.

Ze kreeg een 10. Ik heb meegelezen, haar onderwerp was echt boeiend en ze had veel zorg besteed aan de lay out. Ik vermoedde wel dat het geen onvoldoende zou worden, maar dit resultaat? Op de locatie werd verteld dat er ‘geen actieve herinnering’ was voor het feit dat er ooit een 10 voor een pws was uitgedeeld. Jongste vertelde dat de examinatoren (gepensioneerde docenten geschiedenis) tijdens haar mondelinge presentatie vooral haar verhaal wilden horen. Ze waren aangenaam verrast en geboeid door het onderwerp. Niet die eeuwige Anne Frank of Toetanchamon deze keer (dat zeiden ze letterlijk), maar iets over Japan. En kunstgeschiedenis. Ze had mazzel dat een van de docenten ook kunstgeschiedenis als expertise had.

Zo is jongste, ze ontdekt iets en wil daar dan alles van weten. Dit was het onderwerp. Lijkt ingewikkeld die titel, maar is het niet. Combinatie van geschiedenis en kunstgeschiedenis in Japan. Ik wist hier niets van, maar nu wel. Ik leer soms dingen via haar. En blijkbaar die docenten ook.

Jongste. Die al jaren worstelt met autisme, waarbij openbare presentaties in een prestatie-setting zo’n beetje de ergste nachtmerrie zijn. Maar ze heeft het geflikt, ze heeft zichzelf overwonnen. Anderen (docenten) hebben daar doorheen kunnen kijken, hebben gezien wat zij echt in haar mars heeft. Dat heeft mij vooral geraakt. Maar ook, wij als ouders hebben van dichtbij meegemaakt hoe zij ooit vanuit een hoop ellende haar draai weer heeft kunnen vinden.

Ze is 23. Veel jonge mensen van haar leeftijd hebben inmiddels al een beroepsopleiding afgerond. Of niet. Sommigen werken al een tijd. Sommige anderen ploeteren ook (nog).

Om weer te herstellen, daar is heel veel ‘schijt aan anderen’ voor nodig geweest de afgelopen jaren. Eigen regels, eigen tempo. Inmiddels kwam ze vorige week ook eindelijk te weten wat haar cijfer voor het schriftelijke examen filosofie van afgelopen mei was. Een 9,7. Voor haar mondeling filosofie afgelopen week had ze een 8. Dat is Jongste ten voeten uit, enorm gedreven in ethiek, politiek, denkers en schrijvers.

Ze leest boeken het liefst in het Engels. Die taal ligt haar blijkbaar beter dan Nederlands. Geen idee hoe dat is ontstaan. Hier thuis wordt altijd gewoon Nederlands gesproken met 50 tinten Twents. Ik kan wel een Engels boek lezen, maar heb toch echt de voorkeur voor Nederlands als leestaal. Als ik een vertaling zoek voor een Engels woord kan ik bij Jongste terecht, dat is wel handy and chill.

Voor de buitenwereld een stille, ietwat verlegen jonge vrouw, hier thuis weten we wel anders. Daar roert ze haar mondje wel en is ze enorm uitgesproken. Die gedrevenheid in maatschappelijke thema’s. De eeuwige betogen met felle meningen. Zich heel erg druk maken om onrecht. Alles voor inclusie (ik herken mij daar wel in, ze heeft het niet van een vreemde, maar ben er zelf inmiddels vaak te moe voor tegenwoordig). Creatief en liefde voor cultuur, muziek en natuur. Ze heeft haar eigen moestuin hier in de tuin. En ook serieus verkering met een vriendje.

Ik zou kunnen zeggen: opvoeding geslaagd. Maar zo is Jongste niet. Zij heeft altijd haar eigen koers gevaren en eigen meningen gehad. Het is blijkbaar iets van genen qua persoonlijkheid. Met de conclusie dat je verder niet zoveel met een passie voor filosofie kunt in deze maatschappij. “Ja docent worden of iets duiden in tv-programma’s, zei Jongste. Dat is wel het laatste wat ik wil”. Snap ik volkomen.

Ooit had ik een blogverhaal over trots waarin ik beweerde dat trots nogal ijdel is, als je je trots voelt voor iemand anders. Ik neem dat terug. Mijn hart explodeert van trots nu, voor mijn kind, mijn meisje die van zover gekomen is en dit heeft bereikt.

Ze is inmiddels sterk genoeg voor nieuwe stappen, in september begint ze met een vooropleiding in de creatieve sector. Altijd wel haar ding geweest. We doen het nog steeds stap voor stap, zij en wij. Geen haast, geen druk, ruimte om te ontdekken. Ze heeft er zin in. Ze heeft liefde gevonden en is al een tijd dolgelukkig met haar vriendje. Die haar liefheeft en accepteert zoals ze is. Want ze komt wel met een bepaalde gebruiksaanwijzing.

Een diploma, cijfers. Allemaal mooi natuurlijk, maar als moeder barst ik het meest van geluk om mijn gelukkige dochter. Met of zonder diploma. En het bewijs dat liefde je laat bloeien en dat je dan ineens zoveel meer aankunt. Van alle professionele hulp die ze heeft gehad de afgelopen jaren, van mensen met heel veel diploma’s, phd’s en doctorale dingen, is uiteindelijk gebleken dat simpelweg liefde de beste genezing is gebleken. Dat geluk is niet iedereen gegund, maar damn, het is haar heel erg gegund.

Ze is net als ik een beetje afhankelijk van de juiste medicatie die ons een beetje meer chemisch gelukkiger maakt. Dat hoort erbij en geeft niet. Lang leve de wetenschap.

Deze week zei ze: “Ik voel me heel gelukkig nu”. Dat is alles wat ik ooit wenste. Vijf jaar geleden was dat alles wat ik wenste toen ze het leven niet meer zag zitten. Dat we ooit dit moment zouden beleven. Haar weer gelukkig zien. En dat moment is gekomen. Het is goed gekomen. Dat is wat telt, dat is zoveel belangrijker dan een diploma of een hoog cijfer.

Trots? Ja. Enorm. M’n meidje.

Pride. In the name of love. What more in the name of love?